Nog voor Hij uitgesproken was, kwamen enkele mensen tegen de leider van de synagoge zeggen:

‘Uw dochter is gestorven, waarom valt u de Meester nog lastig?’ Maar Jezus hoorde dat en zei tegen de leider van de synagoge:

‘Wees niet bang, maar blijf geloven.’ Hij stond niemand toe om met Hem mee te gaan, behalve Petrus, Jakobus en Johannes, de broer van Jakobus. Ze kwamen bij het huis van de leider van de synagoge en zagen daar een groep mensen die luid stonden te huilen en te weeklagen. Hij ging naar binnen en zei tegen hen:

‘Waarom maken jullie zo’n misbaar en huilen jullie? Het kind is niet gestorven, het slaapt.’ Ze lachten Hem uit. Maar Hij stuurde hen allemaal naar buiten en ging met de vader en moeder van het kind en de leerlingen die bij Hem waren de kamer van het kind binnen. Hij pakte de hand van het kind vast en zei tegen haar:

‘Talita koem!’ In onze taal betekent dat:

‘Meisje, Ik zeg je, sta op!’ Meteen stond het meisje op en begon heen en weer te lopen. Ze was twaalf jaar. Iedereen was met stomheid geslagen. Hij drukte hun op het hart dat niemand dit te weten mocht komen, en zei dat ze haar te eten moesten geven.

Hij vertrok weer en ging naar Zijn vaderstad, gevolgd door Zijn leerlingen. Toen de sabbat was aangebroken, gaf Hij onderricht in de synagoge, en vele toehoorders waren stomverbaasd en zeiden:

‘Waar haalt Hij dat allemaal vandaan? Wat is dat voor wijsheid die Hem gegeven is? En dan die wonderen die Zijn handen tot stand brengen! Hij is toch die timmerman, de zoon van Maria en de broer van Jakobus en Joses en Judas en Simon? En wonen Zijn zusters niet hier bij ons?’ En ze namen aanstoot aan Hem. Jezus zei tegen hen:

‘Nergens wordt een profeet zo miskend als in zijn eigen stad, onder zijn verwanten en huisgenoten.’ Hij kon daar geen enkel wonder doen, behalve dat Hij een paar zieken de handen oplegde en hen genas. Hij stond verbaasd over hun ongeloof.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Marcus 13:1-13 De komst van de Mensenzoon 1

Marcus 8:14-21 Het tweede teken van de broden 2

Marcus 8:22-26 Genezing van een blinde

Lucas 11:14-28 Toespraak tot de menigte 1

Matteüs 22:15-33 Debat met Farizeeën, Herodianen e...

Matteüs 12:16-21 Jezus en de sabbat 2

Matteüs 8:2-13 Genezingen en navolging 1

Marcus 14:43-52 Nachtwake en arrestatie 2

Johannes 9:24-41 Genezing van een blinde 3

Marcus 9:2-13 Een stem uit de hemel

Matteüs 13:34-43 Gelijkenissen over het koninkrijk...

Johannes 14:1-14 Jezus gaat naar de Vader 2

Johannes 11:32-44 Lazarus uit de dood opgewekt 3

Johannes 15:18-27 De haat van de wereld 1

Matteüs 21:23-32 Onderricht aan hogepriesters, oud...

Lucas 7:11-17 Genezing en dodenopwekking 2

Matteüs 26:46-56 In Getsemane 2

Marcus 15:16-32 Kruisiging 1

Lucas 8:49-56 Genezing en dodenopwekking 2

Lucas 10:38-42 Het enig noodzakelijke 2

Lucas 15:25-32 De zorg om wat verloren is 3

Johannes 10:22-42 Geloof en ongeloof

Lucas 22:54-65 Jezus gevangengenomen en verloochen...

Matteüs 28:1-15 Opstanding uit de dood

Johannes 13:12-30 Jezus wast de voeten van de leer...

Matteüs 6:19-34 De Bergrede 5

Lucas 24:1-12 Het lege graf

Johannes 5:19-30 Jezus en de Vader 1

Johannes 20:1-10 Opstanding 1

Lucas 11:45-54 Confrontatie met Farizeeën en schri...

Lucas 14:25-35 Het volgen van Jezus

Johannes 11:17-31 Lazarus uit de dood opgewekt 2

Matteüs 7:13-29-8:1 De Bergrede 7

Marcus 12:1-12 Confrontatie met hogepriesters, sch...

Lucas 20:27-40 Onderricht in de tempel 1

Matteüs 26:69-75 Jezus verhoord en verloochend 2

Marcus 14:53-62 Jezus verhoord en verloochend 1

Matteüs 14:22-36 Overvloed aan brood, gebrek aan g...

Matteüs 20:1-16 Binnengaan in het koninkrijk van d...

Matteüs 6:1-18 De Bergrede 4

Matteüs 21:45-46-22:1-14 Onderricht aan hogepriest...

Matteüs 25:31-46 De komst van de Mensenzoon 7

Marcus 6:45-56 Naar de overkant van het meer

Marcus 10:1-12 Twistgesprek met Farizeeën

Johannes 11:55-57-12:1-11 Maria zalft Jezus

Matteüs 26:1-16 Jezus met kostbare olie gebalsemd

Matteüs 13:44-52 Gelijkenissen over het koninkrijk...

Marcus 12:28-34 Confrontatie met Farizeeën, Herodi...

Marcus 14:1-11 Jezus met kostbare olie gebalsemd

Johannes 5:1-18 Genezing in het bad van Betzata

Johannes 21:1-14 Verschijningen 2

Lucas 4:1-13 Jezus door de duivel op de proef gest...

Marcus 13:24-37 De komst van de Mensenzoon 3

Johannes 15:1-17 De wijnstok en de ranken

Marcus 7:1-13 Rein en onrein 1

Matteüs 23:1-13 Wee de schriftgeleerden en de Fari...

Matteüs 27:15-26 Jezus voor Pilatus 2

Marcus 12:35-44 Onderricht in de tempel

Lucas 6:1-11 Jezus en de sabbat

Matteüs 18:25-35 Onderricht aan Petrus en de leerl...

Johannes 19:31-42 Jezus gekruisigd en begraven 2

Lucas 10:17-24 Uitzending van de tweeënzeventig le...

Lucas 6:24-35 Onderricht aan de leerlingen 2

Johannes 18:25-40 Jezus gevangengenomen en verhoor...

Lucas 3:10-22 Optreden van Johannes 2

Lucas 12:1-12 Onderricht aan de leerlingen en de m...

Lucas 3:1-9 Optreden van Johannes 1

Lucas 6:43-49 Onderricht aan de leerlingen 4

Marcus 16:9-20 Na de opstanding

Johannes 4:1-19 Gesprek met een Samaritaanse vrouw...

0Shares